Hoe lang en hoe snel je kunt hardlopen hangt onder meer af van je longinhoud. Je kunt nog zulke sterke beenspieren hebben, maar als je conditie je in de steek laat, wordt het niet veel. Hoe groot je longen en je longinhoud zijn is grotendeels genetisch bepaald. Zo hebben mannen over het algemeen nu eenmaal grotere longen dan vrouwen. Toch zijn er enkele trucjes die je kunt toepassen, zodat je nog net een beetje extra uit je longen haalt.
Houd je armen naast je
Je bent geneigd om tijdens het rennen je armen schuin naar voren te bewegen. Daardoor kun je iets minder lucht binnenkrijgen. Het beste is om je armen recht vooruit te bewegen in een hoek van negentig graden. Maak geen vuist met je handen, maar strek je vingers losjes uit.
Doe je schouders naar achter
Sommige mensen hebben van nature een hele rechte loop, anderen zijn geneigd om ietwat gebogen te lopen. Het loont om jezelf aan te leren om met je schouders naar achter te rennen. Daardoor gaan automatisch je longen iets meer open staan, waardoor je wat meer lucht hebt.
Houd je hoofd recht
Wat voor je schouders geldt, gaat ook op voor je hoofd: loop je ietwat gebogen dan verklein je de ruimte voor je longen. Houd je hoofd dus mooi recht op, kin vooruit, daarmee ren je het meest ‘open’. Richt je blik op de horizon in plaats van op het asfalt voor je.
Verwacht geen wonderen
Deze tips zullen je longcapaciteit ietwat verbeteren, misschien met 5 hooguit 10 procent. Het kan wel nét het verschil maken. Bovendien loopt het comfortabeler. Je zult wel moeten wennen aan je nieuwe loophouding. Let er dus in het begin extra goed op hoe je je armen beweegt en of je rechtop loopt. Voor je het weet is het een automatisme en weet je niet beter.